Een context gedreven oriëntatie op toezicht vanuit Rijker Verantwoorden

Kent u dat? Die uitnodigingsmail voor uw RvT-vergadering met vijftien bijlagen, of dat bericht met een link naar een gemeenschappelijke schrijf waarop evenzoveel bestanden staan te wachten om geopend te worden? Het voelt een beetje als die dikke enveloppe met stukken die u misschien vroeger voor de vergadering van de Raad van Toezicht kreeg toegezonden. In al het leeswerk ziet u bekende thema’s en bekende uitkomsten en u vraagt zich af hoe deze vergadering zal bijdragen aan het maatschappelijk rendement van de organisatie waarop u toezicht houdt. Met een beetje geluk zitten er een paar thema’s in die een goed gesprek opleveren. Hoe helpt u het geluk een handje?

 

In de afgelopen jaren zien we in maatschappelijke sectoren een verschuiving van de opvattingen over governance. Bestuur en toezicht zouden niet langer moeten verlopen in verticale gesprekken in de eigen kolom, over de cijfers van de directe output. Organisaties kijken breder: gericht op de bredere maatschappelijke opgave en met oog voor netwerk governance. Daarbij ontstaat ook een verrijking van de verantwoording. Dat legt de basis voor een nieuwe toezichtspraktijk. Toezicht wordt meer context gedreven en de informatie die ervoor wordt aangedragen is rijker van vorm, rijker van inhoud en rijker in de relatie.

Toezicht wordt meer contextgedreven

In deze blog vindt u een blik op maatschappelijke ontwikkelingen in governance, de principes van het rijker verantwoorden en een perspectief op een nieuwe toezichtpraktijk. Hierin vindt u inspiratie voor het leren werken met rijker verantwoorden en voor een evaluatie van uw toezichtspraktijk vanuit een contextgedreven perspectief.

Rijker Verantwoorden in onderwijs en kinderopvang

In december 2020 houdt de VTOI/NVTK haar jaarcongres over de kwaliteit van toezicht in onderwijs en kinderopvang. Onderwijs en kinderopvang staan dagelijks in het brandpunt van de belangstelling. Maatschappelijke discussies kunnen hoog oplopen en daarbij staat steeds vaker de rol van het interne toezicht ter discussie. De lat ligt hoog en van toezichthouders wordt een actieve rol verwacht. Daarom heeft de VTOI/NVTK een handreiking met zeven principes voor goed toezicht ontwikkeld. Deze handreiking gaat over legitimiteit en compliance, maatschappelijke verantwoordelijkheid, integriteit, transparantie, verbinding en professionaliteit. Het zevende en laatste principe gaat over verantwoording: Hoe is de verbinding tussen de meetbare normen van de ondergrens en een eigen, merkbare en context gebonden invulling van excellent onderwijs?

Deze ontwikkeling van governance in onderwijs loopt parallel met de veranderende toezichtpraktijk van de Inspectie van het Onderwijs. “Onze visie op kwaliteit staat in het schoolplan”, aldus een senior inspecteur van het onderwijs. De inspectie is bezig aan het laatste ronde van haar eerste vier jaarcyclus van bestuur gericht toezicht. Daarin draait het om de verantwoordelijkheid van het bestuur, waarborging van de basiskwaliteit, stimuleren van ontwikkeling en toezicht op maat. De school heeft de regie. De inspectie bewaakt de ondergrens en het bestuur kan vergunning vrij verder bouwen op dat fundament. In de woorden van Peter Peene, directeur van HPO Education, gaat het om waarde-vol onderwijs, dat door docenten innovatief wordt vormgegeven in een professionele leeromgeving. Die omgeving is groter dan de school. Het onderwijs vindt plaats als onderdeel van het maatschappelijk functioneren van het onderwijs en van de maatschappelijke inzet van het gebouw.

Rijker verantwoorden in de (maatschappelijke) zorg

Verantwoording zou in dienst moeten zijn van verantwoordelijkheid. Dat zei Pauline Meurs, destijds voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) bij de presentatie van het rapport ‘Blijk van vertrouwen’. Verantwoording is in de gezondheidszorg steeds meer een bureaucratische last dan een teken van volwassen professionaliteit. Daarom zouden we, aldus Willem den Hartog, bestuursvoorzitter van Aveleijn, de weg terug moeten vinden ‘van verantwoordingslast naar verantwoordingslust’. Verantwoording zou het vreugdevolle moment moeten zijn waarop je toont hoe je verantwoordelijkheid hebt genomen.

De rapportage van de RVS stoelt op een nieuwe visie op governance en belicht een nieuw perspectief op verantwoorden. Daarin ligt het initiatief primair bij zorgorganisaties en zorgverleners. Zij werken vanuit gedeelde principes en vanuit een verantwoorde opstelling. De verantwoording is ingebed in de praktijk, op verschillende niveaus, is onderdeel van het leerproces en werpt de blik naar voren. Verantwoorden wordt een gesprek op basis van verschillende informatiebronnen.

Werken vanuit gedeelde principes en vanuit een verantwoorde opstelling

Ook in de RVS rapportage is er veel aandacht voor de maatschappelijk context. Er is sprake van een veelzijdige complexe werkelijkheid van de zorgpraktijk, waarin patiënten en cliënten samen met de mensen uit hun netwerk en met hulpverleners uit andere maatschappelijke organisaties volwassen onderdeel vormen van de werkpraktijk en waarin hun oordeel en bijdrage volstrek serieus wordt genomen. In de verantwoording mogen zij niet ‘verdwijnen achter de kleuren oranje groen of rood’ en mogen de dashboards, benchmarks en afvinklijstjes niet afleiden van de werkpraktijk waarin de zorgprofessional midden in de leefwereld van mensen staat.

Principes van rijker verantwoorden

Rijker verantwoorden is rijker van vorm, rijker van inhoud en rijker in de relatie. Rijker verantwoorden toont hoe organisaties sturen met een mix van aandacht voor waarden, aandacht voor regels, aandacht voor prestaties en aandacht voor innovatie. En dat zichtbaar maken met een nieuw pallet van verantwoordingsinstrumenten dat bestaat uit een unieke combinatie van cijfers, letters, beelden en dialoog.

Drie kernvragen staan centraal bij het beoordelen van die informatie:

  • Wat zijn de operationele doelen waarop de organisatie stuurt en wat bereikt zij?
  • In welke context opereert die organisatie en wat is daarin haar beïnvloedingsstrategie?
  • Wat zijn de werkzame principes van de aanpak en welke leerdoelen heeft de organisatie daaraan verbonden?

Uw toezicht is alleen mogelijk als u met rijke informatie een levendig beeld van de organisatie en haar prestaties kunt vormen. En als u vanuit de kernvragen zicht krijgt op de rol van de organisatie in haar concrete maatschappelijke omgeving.

Dit gesprek voert u niet alleen in de verticale lijn. Hoe wissel je als toezichthouder het gesprek met de bestuurder af met gesprekken met andere betrokkenen? Welke rol hebben de organen van medezeggenschap, vertegenwoordigers van de werkvloer en andere partijen die samen bijdragen aan de maatschappelijke opgave?

Wat betekent dit voor het toezicht?

De toezicht relatie is een fijnzinnige balans van de werkgeversrol en de critical friend. Beide rollen vragen om het goede gesprek, het gaat ergens over, het doet er toe.

Bij onze evaluaties en trainingen van Raden van Toezicht kijken we vanuit de context en vragen we naar de rijkdom van de verantwoording.

We zien dat de context gemakkelijk wordt omarmd als opgave van de organisatie, maar dat dat niet zomaar leidt tot een nieuwe toezichtpraktijk. Oude gewoontes zijn weerbarstig. Toch zien we goede voorbeelden waarin toezichthouders naast de dashboards van onderwijs of zorg, financiën en HRM komen tot verdiepende thematische gesprekken over de rol van de organisatie in belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen. En dat zij daarin samenhang in de kernpunten van het beleid kunnen ontrafelen en beoordelen: Vanuit welke waarnemingen en vanuit welke overtuigingen wordt beleidsmatig én feitelijk richting geven aan het werk?

In goed toezicht spelen rapporten en verhalen een rol en wordt narratieve verantwoording gevalideerd door een goede dialoog over de vraag wat die verhalen onthullen en mogelijk ook verhullen. Zo ontstaan verdiepende gesprekken die helpen om de organisatie beter te verankeren in haar context en die meer zeggingskracht hebben dan koele cijfers van de bestuursrapportage of de warme verhalen van het jaarverslag.

Naar onze overtuiging is het tijd dat dit gewoon wordt in het toezicht. Dat er op een gestructureerde wijze aandacht is voor een context gedreven beoordeling van het functioneren van de organisatie. Dit vraagt om rijkere informatie, een verbreding van de dialoog en een samenhangend antwoord op het beleid dat ten grondslag ligt aan de operationele doelen, de leerdoelen en de rol van de organisatie in haar maatschappelijke context.

Training en evaluatie van uw raad van toezicht

Vanuit rijker verantwoorden bieden we een referentiekader voor de rol van verantwoording in het toezicht. We bieden de invalshoeken van vorm, inhoud en relatie. Ieder van die invalshoeken zijn verstevigd met kaders.

In onze compacte maatwerk training rijker verantwoorden voor toezichthouders gaan we vooral in op de vorm en de inhoud van de verantwoordingsinformatie. Welk beleid spreekt eruit en wordt er betekenisvol gewerkt vanuit de context?

In onze ondersteuning van evaluaties van raden van toezicht ligt het accent meer in de context gedreven toezichtrelaties. Wie spelen een rol in het toezicht, wat zijn de constructieve en destructieve dynamieken van het toezicht en hoe kunt u werken aan een verrijking van de toezichtspraktijk?

Meer weten over rijker verantwoorden in de toezichtrelatie? Neem contact op met

Joost Vos, partner bij RONT Management Consultants | vos@rontmc.nl | 06-51591894